Universiteit Leiden

nl en
Studentenwebsite Media Studies (MA)

Lezing | Retired & Kicking

Vierde LUCL Retired & Kicking Symposium

Datum
woensdag 28 mei 2025
Tijd
Bezoekadres
Lipsius
Cleveringaplaats 1
2311 BD Leiden
Zaal
1.47

Programma

15.15–15.45

Arend Quak (Universiteit Leiden)
De Oudzweedse legenden in het handschrift van het ‘Legendarium van Linköping’

15.45–16.15

Marijke Mooijaart (Instituut voor Nederlandse Lexicologie/voor de Nederlandse Taal)
Eigennamen in woordenboeken en op straatnaambordjes

16.15–17.00

Nicoline van der Sijs (Universiteit Nijmegen/Leiden)
Daar is geen woord Frans bij. Het beeld van vreemde talen in Nederlandse uitdrukkingen

17.00–18.00 Borrel

 

Het ‘Legendarium van Linköping’ is een relatief laat handschrift (ca. 1525), dat is geschreven in het klooster der Birgittinessen in Vadstena (Zweden). De meeste legenden die erin zijn opgetekend, zijn unicaten en de vraag die tijdens deze lezing aan de orde komt, is waarom men in Vadstena verhalen over heiligen uit Brabant en Vlaanderen (de eerste zeven teksten in het handschrift) interessant genoeg vond om ze uit het Latijn te vertalen. Andere legenden die hierop volgen zijn uit het Nederduits vertaald door verschillende andere vertalers. Die vertalers hebben zeer verschillende vertaalmethoden gebruikt: van slaafse woord-voor-woord-vertaling tot vrije vertaling. In de lezing zullen deze vertaalmethoden aan de hand van voorbeelden worden geïllustreerd. Ook zal worden aangetoond hoezeer de gebruikte bronnen van elkaar verschillen.

De naamkundige onderwerpen die ik zal bespreken, zijn voornamelijk ingegeven door mijn werk als redacteur van de historische woordenboeken van het Nederlands en, wat de straatnamen betreft, door mijn activiteiten in de Straatnamencommissie van Leiden. In mijn presentatie wil ik enkele aspecten laten zien van belangrijke typen eigennamen, en daarbij verwijzen naar de woordenboeken. Dat zijn het WNT voor het gebruik van eigennamen als soortnamen (Jan Rap / janrap), het VMNW voor de status van toenamen (heinric die backere: de bakker of De Bakker?) en voor het ONW voor de elementen van plaatsnamen (loo, haar, geest). Bij de straatnamen is de keuze van bepaalde thema’s in de loop van de tijd interessant. In Leiden bijvoorbeeld Beleg en ontzet en, ook elders, WO II, oorlog en verzet.

Het Nederlands kent honderden uitdrukkingen waarin taalnamen voorkomen. Het gebruik van vreemde talen leidt ook vaak tot spot. We zeggen dan bijvoorbeeld: iemand spreekt steenkolenengels, Frans met haar op, hondenlatijn of ski-duits. Wat vertellen dergelijke uitdrukkingen en verbindingen ons over het beeld dat de bewoners van de Lage Landen hadden en hebben over vreemde talen? In hoeverre was dit beeld aan verandering onderhevig? En om welke talen gaat het?

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.