Universiteit Leiden

nl en

Bijzondere Penisplant van Hortus weer uitgebloeid

In de Hortus botanicus heeft de penisplant Amorphophallus decus-silvae korte tijd in bloei gestaan. Na twee dagen was de bloei voorbij en is het stuifmeel, dat de mannelijke bloempjes hebben geproduceerd, verzameld. Voor zover de plantenexperts in de tuin kunnen nagaan, was dit pas de derde keer dat een plant van deze soort in Europa in bloei kwam. De laatste keer dat een dergelijke plant bloeide in de Leidse Hortus was in 1997.

De plant, die is opgekweekt door Amorphophallusvrijwilliger Rudmer Postma, is zo’n zes jaar oud en bloeide voor het eerst. Half september werd de bloemknop gesignaleerd en is in zeer korte tijd uitgegroeid tot een twee meter lange stengel met een bloeiwijze van zo’n halve meter groot. In 1993 en 1997 bloeide dezelfde soort, maar een andere plant, voor het laatst in de Leidse Hortus. Maar weinig botanische tuinen hebben Amorphophallus decus-silvae in hun collectie, waardoor de bloei van de plant bijzonder zeldzaam is.

 

Rottend vlees

De geur van de bloem verraadt of hij wel of niet bloeit. Het bloeiproces van Amorphophallus decus-silvae kent twee fases. Eerst bloeit hij vrouwelijk: de bloeikolf (het witte, fallusvormige gedeelte van de bloeiwijze) warmt op en stoot een penetrante geur van rottend vlees uit. Vliegen en andere bestuivers vinden deze geur heerlijk en komen massaal op de plant af. Vervolgens bloeit de plant mannelijk: hij produceert stuifmeel, waarmee de vliegen bedekt raken. Na de bloei vertrekken de vliegen, bedenkt met stuifmeel, naar hun volgende maaltijd. Met een beetje geluk is dat een andere Amorphophallus decus-silvae, die zij vervolgens bestuiven. Omdat er in de Leidse Hortus geen ander exemplaar bloeit, wordt het stuifmeel verzameld voor later gebruik of om op te sturen naar andere botanische tuinen.

Amorphophallus decus-silvae is nauw verwant aan de bekende Amorphophallus titanum (reuzenpenisplant), een andere grote publiekstrekker van de Leidse Hortus. Samen met de soort Amorphophallus gigas vormen zij de drie reuzensoorten van het geslacht en komen van nature voor in tropische regenwouden in Indonesië. Amorphophallus decus-silvae is hiervan de enige die alleen op het eiland Java voorkomt. De plant is moeilijk in bloei te krijgen omdat deze specifieke omstandigheden nodig heeft: een zeer warme en redelijk vochtige omgeving. Toch is Hortusvrijwilliger Rudmer Postma erin geslaagd om de plant zover te krijgen.

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.