Universiteit Leiden

nl en

Kilian de Kruyf Molina: ‘Ik zou een stage vooral aanbevelen als je meer werkervaring wil opdoen’

Trail, de stagebank van FGGA, bestaat in november een jaar. We spreken daarom de komende tijd FGGA-studenten die stage hebben gelopen. Wat heeft de stage hun gebracht? En waar bestonden de werkzaamheden uit?

Dit keer spreken we met Kilian de Kruyf Molina. Kilian studeerde aan het Instituut Bestuurskunde en volgde de richting Economie Bestuur en Management (EBM). Tijdens zijn bachelor liep hij stage bij de Sociaal Economische Raad (SER). In dit interview vertelt hij over zijn ervaringen, werkzaamheden en of hij een stage aan andere studenten zou aanraden.

Kilian de Kruyf Molina

Wat doet de SER precies?

Kilian: ‘De SER is een instituut dat advies geeft aan de overheid. Dat gebeurt door middel van de adviezen die alle sociale partners, dus werknemers- en werkgeversorganisaties, geven. Bij de SER zijn ook Kroonleden verbonden. Dat zijn onafhankelijke deskundigen die zich dan ook bezighouden met adviezen voor overheidsbeleid. Zowel de Kroonleden als de sociale partners houden zich bezig met de adviezen voor de overheid en het parlement. De sociale partners proberen overeenstemming te zoeken over de sociaal economische onderwerpen. De onafhankelijke deskundigen brengen hun expertise met zich mee.’

Hoe ben je eigenlijk bij de SER terecht gekomen?

‘Toen ik EBM deed, hadden docenten het bij verschillende vakken over de SER. Ik kreeg zo mee wat de SER allemaal doet en besloot uiteindelijk een open sollicitatie te sturen, om te vragen of ik er stage mocht lopen. Gelukkig kon dat en ik had het er erg naar mijn zin. Het team sprak mij aan en ik had een leuke klik met mijn stagebegeleider. Ik werkte zelf hybride, waardoor ik twee dagen op kantoor was en de rest van de tijd thuis werkte. Dat was best jammer, maar ik ben blij dat ik voor een deel op kantoor kon zijn.’

Hielp jij als stagiair met die overheidsadviezen?

‘Ik was met twee trajecten bezig. Het grootste deel van de tijd was ik bezig met het traject dat ging over hybride werken, wat natuurlijk heel belangrijk was door corona. Hybride werken houdt in dat je een deel op kantoor werkt, maar ook een deel buiten kantoor, zoals bijvoorbeeld thuis of in de bibliotheek. Ik heb daar de economische gevolgen voor in kaart gebracht, zoals voor de arbeidsproductiviteit. Het tweede traject waar ik tijdens mijn stage mee bezig was, betrof het in kaart brengen van de oorzaken voor de personeelstekorten in de bouw en de mogelijke oplossingen om de tekorten in de bouw te verminderen en voorkomen.’

‘Mijn stage was ook een onderzoeksstage, dus ik heb nog onderzoek gedaan naar wat de gevolgen van thuiswerken zijn voor de behoeftebevrediging van het SER-personeel. Dat heb ik gedaan aan de hand van de behoeftetheorie van Maslow, zodat er een bestuurskundigetheorie in verwerkt was.’

Wist je van tevoren welke werkzaamheden je zou gaan verrichten?

‘Nee, niet echt. Ik wist wel dat ik betrokken zou worden bij het adviestraject hybride werken, maar ze zeiden niet dat ik de economische gevolgen in kaart zou brengen. Ik vond de werkzaamheden wel leuk, maar de combinatie van het doen van onderzoek en de reguliere SER-werkzaamheden uitvoeren, was best heftig. Ik had namelijk nog geen ervaring met het doen van onderzoek. Ik vind het leuk dat er een groot deel van de tekst die ik heb geschreven voor het advies ‘hybride werken’ ook daadwerkelijk is opgenomen in de finale/gepubliceerde adviestekst.

Waren de werkzaamheden wat je ervan verwacht had?

‘Ja, dat wel, maar er zijn heel veel checks and balances. Dat is iets wat mij heel erg opviel. Het is wel een goed ding, want zo is de kwaliteit van de adviezen van hoog niveau, omdat er zoveel organisaties en hoogleraren aan meewerken. Wat mij daarnaast ook opviel, was dat de SER erg consensus-gericht werkt. Ik had soms bepaalde adviezen opgeschreven, maar omdat er altijd naar consensus wordt gezocht, is het een paar keer voorgekomen dat die adviezen geschrapt werden. Dan was er wel wetenschappelijk bewijs voor die adviezen, maar geen draagvlak vanuit de werknemers- of werkgeversorganisaties.’

Is een stage ook iets wat je andere studenten zou aanbevelen?

‘Ja, maar het ligt wel een beetje aan je voorkeuren. Ik zou een stage vooral aanbevelen als je meer werkervaring wil opdoen of iets extra’s op je cv wil zetten. Dat was ook de reden waarom ik stage ging lopen. Als dat niet nodig is en je vindt het leuker om nog een extra periode te studeren, dan past een minor beter bij je.’

Tekst: Abdelkarim Megaiz

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.