Universiteit Leiden

nl en

‘We moeten diversiteit minder vieren, het moet vanzelfsprekend zijn’

Taal doet ertoe. Het kan ervoor zorgen dat iemand zich ‘erbij’ voelt horen of juist niet. Op welke manieren kan inclusieve communicatie ervoor zorgen dat mensen zich welkom voelen? Hierover ging het D&I-symposium op donderdag 19 januari. Het was een inspirerende dag met persoonlijke presentaties en een paneldiscussie die liet zien dat een gesprek over diversiteit en inclusie niet altijd makkelijk is.

De taal die we spreken is vol met woorden en zinnen die niet inclusief zijn, vertelde Annetje Ottow, voorzitter van het College van Bestuur, aan het begin van het symposium. ‘Het is belangrijk om kritisch na te denken over de woorden die we gebruiken, en hoe ze anderen beïnvloeden. Inclusie begint met de erkenning dat onze ervaringen en perspectieven verschillen, dat onze eigen ervaringen niet universeel zijn en dat wij niet voor anderen kunnen spreken.’

Wayne Modest op het podium van het D&I-symposium
Wayne Modest: 'Pas als je de onderliggende structuren van instituten verandert, krijg je meer diversiteit.’

Onderliggende structuren moeten veranderen

De bevlogen spreker Wayne Modest gaf het publiek mee dat instituten ook over hun falen moeten praten en niet alleen maar moeten vieren wat ze goed doen. Hij is bijzonder hoogleraar Material Culture and Critical Heritage Studies aan de VU en inhoudelijk directeur van het Nederlands Nationaal Museum voor Wereldculturen en het Wereldmuseum. Als voorbeeld noemt hij dat er in Amsterdam trots wordt verteld dat de stad bijna tweehonderd nationaliteiten wonen, maar daarbij wordt niet verteld dat veel van die mensen lijden om deel uit te maken van Nederland. ‘Universiteiten zouden in hun taalgebruik ook minder moeten focussen op het vieren van dit soort dingen. Diversiteit moet vanzelfsprekend zijn.’

Die vanzelfsprekendheid is er nu nog niet binnen veel instituten. Als het over diversiteit gaat, moet er volgens Modest ook worden gepraat over institutioneel racisme. Om dat aan te pakken, moeten onderliggende structuren van instellingen veranderen. ‘Als je die structuren niet verandert, kom je in een meervoudige persoonlijkheidsstoornis terecht. Aan de ene kant probeer je heel hard om een aardig persoon te zijn, maar aan de andere kant is er nog steeds een plek voor niet-Westerse kunst (het onderscheid tussen Westerse en niet-Westerse kunst is achterhaald, red.). Wat je dan doet is alleen maar symbolisch. Pas als je de onderliggende structuren verandert, krijg je meer diversiteit.’

Mounir Samuel op het podium tijdens zijn keynote.
Mounir Samuel: 'Iedereen moet zich een heel mens voelen, niet alleen een identiteit.'

Stoppen met hokjes

Auteur en politicoloog Mounir Samuel vertelde een heel persoonlijk verhaal over hoe hij als trans man, persoon van kleur, en Christen met een visuele beperking is gediscrimineerd tijdens zijn studie aan de Universiteit Leiden. Op de ochtend van het symposium stond hij met buikpijn op Leiden Centraal omdat de herinneringen aan zijn studietijd zo negatief zijn. Hij riep op tot wat hij noemt diversvaardigheid. Het betekent onder meer dat iedereen zich een heel mens moet voelen, niet alleen een identiteit. Zo werd hij zelf steeds in een hokje geplaatst, bijvoorbeeld als Christen. ‘We moeten anders gaan denken en we moeten onszelf daarvoor openstellen.’

Spoken word artiest Kevin Groen geeft een indrukwekkend optreden.
Spoken word artiest Kevin Groen geeft een indrukwekkend optreden tijdens het symposium.

Ervaringen van uitsluiting zien en erkennen

Modest, Samuel en Ottow namen daarna ook deel aan de paneldiscussie met Mark Rutgers (decaan van de Faculteit Geesteswetenschappen), Aya Ezawa (diversity officer) en Jordy Simonis (student). Daarin spraken zij onder meer over hoe vragen rondom diversiteit en inclusie door beleid en bestuur naar de praktijk kunnen worden vertaald. Een eerste uitdaging hierbij – zo bleek uit het panel – is zowel de ervaringen van uitsluiting te zien en erkennen, en stil te staan bij waarom intenties niet de gewenste uitkomst hebben.

Waarom kwamen bezoekers naar het symposium?

 

Jojanneke van der Toorn
Jojanneke van der Toorn

Jojanneke van der Toorn, bijzonder hoogleraar Inclusie van LGBTIQ+

‘Ik ben op het symposium om me te laten inspireren door en informeren over de verschillende manieren waarop onderwerpen als diversiteit en inclusie binnen de universiteit leven en beleefd worden. En hoe dit leeft onder zowel studenten en medewerkers als onder beleidsmakers. Het panelgesprek was bijzonder interessant en liet goed de meerwaarde van dit symposium zien. Panelleden hadden verschillende perspectieven waardoor frictie ontstond. Het liet zien hoe ongemakkelijk het gesprek over diversiteit en inclusie kan zijn. Tegelijkertijd onderstreept het het belang om met elkaar in gesprek te gaan en blijven.’

Kristin Makszin, assistant professor of Political Economy

‘Op dit symposium hoop ik nieuwe perspectieven te horen over diversiteit en inclusie. Wat mij het meest opviel en wat ik mee naar huis neem, is dat Wayne Modest zei dat we moeten heroverwegen wat polarisatie betekent. Volgens hem moeten we niet bang zijn voor polarisatie, want het betekent vaak dat we mensen horen spreken die eerder het zwijgen is opgelegd. Als iemand zich zorgen maakt dat we niet meer in een fijne sfeer met elkaar leven dan kan dat komen omdat we luisteren naar dingen die we eerder hadden moeten horen.’

Layla Mutoka, Maya Martin en Valentina Petrucci.
Layla Mutoka, Maya Martin en Valentina Petrucci.

Layla Mutoka, Maya Martin en Valentina Petrucci, studenten

Mutoka, Martin en Petrucci zijn naar het symposium gekomen om hun verenigingen meer bekendheid te geven. Mutoka en Martin zijn lid van de Afro Student Association (ASA) en Petrucci van de Association of Latin American Students (ALAS). Allebei de verenigingen willen studenten uit hun gemeenschap een plek geven om verhalen te delen, om te praten over problemen en om samen leuke dingen te doen. Mutoka: ‘ASA is een plek waar je je niet beoordeeld voelt.’ Martin: ‘Het is een plek om je krachtig te voelen.’

ALAS is een relatief nieuwe vereniging. Petrucci richtte haar vorig jaar samen met een andere student op omdat er nog geen vereniging was voor studenten uit Latijns-Amerika. Ze hoopt hen een community te geven en haar cultuur binnen de universiteit te delen.

Declaration of equity getekend door studieverenigingen

Tijdens het symposium is de declaration of equity gepresenteerd. Met deze intentieverklaring verbinden studieverenigingen zich aan de waarden op het gebied van diversiteit en inclusie die in het document staan beschreven. De intentieverklaring geeft hier ook een aantal richtlijnen voor. De meerderheid van de studieverenigingen, 51, ondertekende het document al. Ava Bauer, student assessor faculteitsbestuur W&N: ‘We wilden voorkomen dat het droge richtlijnen werden, daarom wilden we tijdens dit symposium in gesprek gaan met anderen. Uit de zaal kwamen ook vragen over wat de universiteit kan doen en suggesties zijn uitgewisseld. Dat is weer een nieuwe basis om het gesprek over dit onderwerp gaande te houden.’

De intentieverklaring is samengesteld door de vertegenwoordigers van de Leidse assessoren, de Leidse studieverenigingen, de Hogeschool Leiden en Studievereniging Overleg Platform. Studieverenigingen die de declaration of equity nog willen ondertekenen, kunnen contact opnemen met het Studievereniging Overleg Platform.

Vertegenwoordigers van studieverenigingen en assessoren vieren de ondertekening van de declaration of equity.
Vertegenwoordigers van studieverenigingen en assessoren vieren de ondertekening van de declaration of equity.

Kijk het D&I-symposium terug

Vanwege de gekozen cookie-instellingen kunnen we deze video hier niet tonen.

Bekijk de video op de oorspronkelijke website of

Tekst: Dagmar Aarts
Foto's: Monique Shaw

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.