Alumni in Indonesië: ‘Geïnspireerd door Leidse ervaring, probeer ik de situatie hier te veranderen’
Tijdens twee drukbezochte alumni-diners in Yogyakarta en Jakarta ontmoetten alumni en onderzoekers elkaar. De oud-studenten haalden met elkaar herinneringen op en zagen hun docenten weer terug.
In haar openingsspeech tijdens het diner in Jakarta stond collegevoorzitter Annetje Ottow stil bij de vele Leidse alumni die in Indonesië wonen. ‘In elke stad waar ik kom, zie ik zo veel alumni. Jullie zijn onze ambassadeurs en doen zoveel voor ons. Daar zijn we jullie zeer dankbaar voor.’
Herlambang Wiratraman
Herlambang Wiratraman is een van aanwezigen tijdens het alumnidiner in Yogjakarta. Hij schreef in Leiden een proefschrift over de persvrijheid en promoveerde in 2014 aan de faculteit Rechtsgeleerdheid. Wiratraman: ‘Ik leerde in Leiden een nieuwe academische cultuur kennen. Het meest fundamentele verschil was de academische vrijheid. In Indonesië is die vrijheid veel beperkter.’ Na zijn promotie keerde hij terug naar Indonesië. ‘Geïnspireerd door wat ik Leiden had ervaren, probeerde ik de situatie hier te veranderen. Ik ging op eigen kosten onderzoek doen naar academische vrijheid, reizend van Atjeh naar Papua.’
Wiratraman is nu universitair docent aan de rechtenfaculteit van Universitas Gadjah Mada en werkt voor de Indonesian Caucus for Academic Freedom, een collectief van onderzoekers en studenten dat zich inzet voor meer academische vrijheid. ‘Samen met andere wetenschappers heb ik de Surabaya Principles on Academic Freedom ontwikkeld.’ Inmiddels zijn er belangrijke stappen gezet om die principes vast te leggen in wetgeving en hebben honderden wetenschappers zich aangesloten bij de Indonesian Caucus for Academic Freedom, vertelt Wiratraman trots. ‘De inspiratie voor die principes heb ik opgedaan in Leiden. Ik zag daar studenten die stevig debatteerden over Geert Wilders. Ook ging een promovendus in debat met de toenmalige decaan van de rechtenfaculteit. Het was heel interessant, de grote zaal in het Kamerlingh Onnes Gebouw zat bomvol. Het toont aan wat een veilige plek Leiden is voor de academische vrijheid.’
Wiratraman ziet op het diner ‘oude vrienden’ terug. ‘Sinds mijn promotie ben ik altijd in contact gebleven met Leidse onderzoekers. We doen veel onderzoek samen. Ik werk samen met hoogleraar Adriaan Bedner en heb zojuist een International Credit Mobility-beurs gekregen om volgend jaar naar Leiden te komen. De connectie met Leiden is voor mij betekenisvol, die voel ik vanavond.’
Aninda Wibowo
Wiratram is niet de enige alumnus op het diner in Yogyakarta die weer terug naar Leiden wil. Aninda Wibowo, die een tweejarige master Biologie in Leiden deed, is vanavond vooral gekomen om haar oude begeleider, hoogleraar Paul Keßler, weer te zien. ‘Ik wil terug naar Leiden om te promoveren, daar heb ik het met hem over gehad. Dat gaat hopelijk begin volgend jaar gebeuren.’
Wibowo koos voor een master aan het Instituut Biologie Leiden (IBL). ‘Zij hadden een aantal specifieke vakken waar ik in geïnteresseerd was. En ik wilde mijn onderzoeksvaardigheden verbeteren voor mijn carrière in Indonesië.’ Wibowo werkt voor de Indonesische nationale wetenschapsorganisatie BRIN en is gespecialiseerd in de biosystematiek van orchideeën. ‘Ik heb een geweldige tijd in Leiden gehad. Door mijn master in Leiden heb ik een diverse groep vrienden, waar ik nog steeds veel contact mee heb.’
Gustaaf Reerink
Tijdens het alumnidiner in Jakarta, op het terrein van de Nederlandse ambassade, ziet Gustaaf Reerink een aantal oude bekenden. 'Het is heel leuk om mijn co-promotor weer te zien, en ik sprak net een aantal oud-studiegenoten’, vertelt de advocaat, die al ruim tien jaar in Jakarta woont en werkt.
Hij begon in 1997 aan zijn studie Rechten, en wilde er al snel een taal naast studeren. ‘Ik dacht onder andere aan Frans en Japans. Maar ik was net met vakantie geweest in Indonesië, zo kwam ik uiteindelijk terecht bij Indonesisch.’
Reerink heeft vooral goede herinneringen aan zijn studentenhuis aan ’t Gangetje. ‘Dat was een fantastische plek. We waren met zes jongens en dat was eigenlijk ook een soort opleidingsinstituut. Het was een bijzonder huis, met unieke individuen. Iedereen was met zijn eigen activiteiten bezig, maar we waren wel echt een huishouden samen. We aten vaak samen en discussieerden veel over politiek. Ik was in die tijd behoorlijk links georiënteerd, maar andere huisgenoten waren juist erg rechts. We hadden altijd lange discussies, daar leer je zo veel van. De meeste van hen spreek ik nog regelmatig.’
Reerink werkt momenteel op een advocatenkantoor en staat buitenlandse investeerders bij die in Jakarta een bedrijf willen opzetten of overnemen. ‘Ik spreek de taal en ben Nederlands jurist, dat maakt mij een beetje een witte raaf. In Indonesië is er nog veel Nederlands recht, een overblijfsel uit de koloniale tijd.’ Soms krijgt Reerink ook cliënten via de Nederlandse ambassade, zoals Nederlanders in nood die zijn hulp nodig hebben. 'Ik profiteer nog dagelijks van wat ik in Leiden geleerd heb.'
Tekst: Tom Janssen