Bewogen Cleveringa-oratie door bezetting: ‘Bescherm de vrije ruimtes voor debat’
Na een roerige aanloop – het Academiegebouw werd bezet door Students for Palestine – ging de Cleveringa-oratie van politicoloog Hélène Landemore door. Zij stond stil bij het protest en benadrukte het belang van een open debat, binnen de universiteit en in de democratie.
Een demonstratie, bezetting en verplaatsing: de aanloop naar de Cleveringa-oratie op 26 november verliep dit jaar turbulent. Precies 85 jaar geleden protesteerde rechtendecaan Rudolph Cleveringa in het Academiegebouw tegen het ontslag van de Joodse hoogleraar Eduard Meijers. Dat herdenkt de universiteit met de jaarlijkse Cleveringa-oratie. Een groep demonstranten van Students for Palestine bezette woensdagmiddag het Academiegebouw. Ze zeiden in de geest van Cleveringa te handelen en eisten een totale academische boycot van Israëlische universiteiten.
De universiteit schortte eerder de uitwisselingsprogramma’s met Israëlische universiteiten op en binnenkort brengt een speciale commissie advies uit over de academische samenwerking. Later die avond ontruimde de politie het Academiegebouw.
Reflectie op protest
Yale-professor Landemore sprak kort met de demonstranten over hun motieven voordat ze naar het Kamerlingh Onnesgebouw vertrok om daar haar oratie uit te spreken. Aan het begin stonden zowel zij als rector Hester Bijl stil bij het protest. Bijl merkte op: ‘De demonstranten willen dat we de banden met Israëlische instellingen verbreken vanwege de vreselijke situatie in Gaza. Ondanks het feit dat we ons hebben moeten verplaatsen, past deze gebeurtenis in het thema van de oratie vandaag: het laten horen van verschillende stemmen en daarmee ook in de geest van Cleveringa.’
Ook Landemore toonde begrip voor de situatie: ‘Mensen demonstreren wanneer ze boos zijn en zich ongehoord voelen. Democratie is messy. Universiteiten hebben de verantwoordelijkheid om vrije ruimtes te beschermen waarin mensen vrij kunnen spreken.’ Daarom is het ook belangrijk, zo meende ze, om deze oratie door te laten gaan.
Burgerberaden
In haar oratie pleitte Landemore voor burgerberaden via loting. ‘Wie bepaalde groepen uitsluit, veroordeelt zichzelf tot onwetendheid en slecht bestuur. Ze refereerde hierbij aan de protestrede van Cleveringa: ‘Net als hij maak ik me zorgen over uitsluiting, al vindt die in mijn verhaal veel verder stroomopwaarts plaats dan het fascisme waartegen hij streed. Ik wil dammen bouwen en onze bestaande systemen versterken tegen de altijd aanwezige gevaren van autoritarisme en democratische achteruitgang.’
Alleen een regime dat werkelijk naar diverse stemmen luistert, is volgens haar in staat zijn leiders de kennis te verschaffen die zij nodig hebben. ‘Wie bepaalde groepen uitsluit, zoals vrouwen, mensen van kleur, praktisch opgeleiden of armen, veroordeelt zichzelf tot onwetendheid en slecht bestuur.’
-
Rector Hester Bijl heette de aanwezigen welkom. -
In haar oratie pleitte politicoloog Hélène Landemore voor burgerberaden via loting. -
Actievoerders demonstreerden bij het Academiegebouw. -
V.l.n.r.: Pedel Erick van Zuijlen, Cleveringa-hoogleraar Hélène Landemore en rector Hester Bijl.
De ideale democratie
Maar hoe ziet de ideale democratie eruit? Landemore onderscheidt drie modellen: de markt, het forum en de jury. Het marktmodel ziet politiek als een zakelijke transactie en de burger als consument van beleid. Het forummodel beschouwt politiek als een plek voor open discussie en de burger als drager en beoordelaar van argumenten. Het jurymodel ziet politiek als een ruimte voor beraadslaging en besluitvorming onder gelijken die door loting zijn geselecteerd.
Landemore onderzocht welke vormen van democratie mogelijk zijn binnen het spanningsveld tussen markt, forum en jury. ‘In een functionele democratie zullen alle drie de vormen in meer of mindere mate aanwezig moeten zijn. Toch is het waardevol om ze van elkaar te onderscheiden, zodat we kunnen bepalen welke hervormingen het overwegen waard zijn.’
De markt
In het marktmodel is democratie vooral een methode om een elite te selecteren. De burger heeft daarbij slechts één stem. ‘De burger treedt uitsluitend op als kiezer, die zijn eigen, beperkte zelfbelang nastreeft.’ Daarmee is de burger een passieve consument met weinig invloed op politieke besluiten.
Een groot nadeel van dit model is dat competitie om stemmen leidt tot polarisatie en conflict. ‘Politieke keuzes moeten niet worden gezien als marktkeuzes,’ zegt Landemore. ‘Wanneer ik een tv koop, raakt mijn keuze alleen mij. Maar wanneer ik een standpunt inneem over immigratiebeleid of belastingtarieven, raakt mijn keuze zowel mijzelf als iedereen om mij heen.’
Het forum
Bij het forummodel draait democratie niet alleen om het selecteren van leiders of beleid. ‘Het gaat erom dat burgers zich bezighouden met beredeneerde discussies om tot collectieve oordelen te komen.’ Het model benadrukt inclusiviteit, transparantie en het geven van argumenten. ‘De schoonheid van dit model is dat het de burger verheft van consument tot redenaar en gesprekspartner: van iemand die zich uitsluitend met het eigenbelang bezighoudt tot een echte burger, die ook het algemeen belang meeweegt.’
Maar het forum kent ook een groot nadeel: het kan de schaal van moderne democratieën nauwelijks aan. ‘Overleg door iedereen op het niveau van een natiestaat zou simpelweg te veel avonden kosten,’ zegt Landemore. ‘Deliberatie onder gekozen vertegenwoordigers is net zo elitair als in het marktmodel. Ondertussen vindt het debat waaraan de meeste gewone burgers deelnemen plaats buiten de sfeer van besluitvorming en staat dat bloot aan allerlei manipulerende krachten, zoals belangengroepen en AI-bots.’
De jury
Vanwege de nadelen van het markt- en forummodel pleit Landemore voor het verkennen van het jurymodel. In dit model overleggen en beslissen willekeurig geselecteerde burgers over beleidsvragen en wetsvoorstellen. Net als bij het forummodel heeft het jurymodel een taakverdeling tussen burgers en vertegenwoordigers. Maar deze taakverdeling creëert geen enorme kloof tussen beslissende elites en het publiek, omdat vertegenwoordigers door loting worden geselecteerd. ‘Dat zorgt ervoor dat de groep besluitvormers een brede demografische afspiegeling van de samenleving is.’
Tot nu toe is er geen democratie geweest die voor een groot deel is vormgegeven volgens het jurymodel. ‘De meeste burgerberaden hebben vooral een adviserende rol,’ aldus Landemore. Hoewel zij kunnen bijdragen aan het maatschappelijk gesprek, hebben zij niet de bevoegdheid wetsvoorstellen te maken.’ De meest bevoegde variant tot nu toe was volgens haar de Franse Burgerraad voor het Klimaat (2019–2020), waarin 150 willekeurig geselecteerde burgers klimaatwetgeving mochten vormgeven.
De beste optie
Volgens Landemore zou het jurymodel de beste optie zijn als we een democratie volledig vanaf nul zouden ontwerpen. Maar omdat dat niet het geval is, pleit ze voor een combinatie van de drie modellen: we behouden verkiezingen (het marktmodel), tegen de achtergrond van een vrije en open publieke sfeer (het forummodel), met daarnaast op alle niveaus van het politieke systeem gestructureerde, bevoegde burgerberaden (het jurymodel).
Landemore sloot af: ‘Ik hoop dat deze modellen en de vragen die zij oproepen jullie helpen bij het versterken en beschermen van onze democratie. Wat deze drie modellen uiteindelijk suggereren, is dat er geen definitieve blauwdruk voor democratie bestaat. Democratie is een open-eindproject van burgerlijke inclusie en zeggenschap, dat we alleen kunnen vervolmaken door te blijven experimenteren en herbezinnen.’
Introductie rector Hester Bijl
Rector magnifus Hester Bijl stond in haar welkomstwoord stil bij de protestrede van Cleveringa. ‘Cleveringa staat symbool voor al die moedige medewerkers en studenten in onze universiteit die weigerden te buigen voor het Naziregime, en die er samen voor hebben gezorgd dat onze universiteit als collectief ook niet heeft gebogen.’
Bijl noemde het onderzoek van Landemore ‘een verrijking voor onze universiteit’. ‘Het vormt een prachtige aanvulling op ons onderzoek naar de weerbaarheid van de democratie en het vertrouwen in instituties. Ook voedt het ons universiteitsbrede onderzoek naar de maatschappelijke effecten van AI, en sluit het aan bij onze lange onderzoekstraditie van onderzoek naar de vraag hoe de digitale technologie ons recht kan verbeteren, die begon toen nog niemand een computer in huis had.’
Terugkijken
Vanwege de gekozen cookie-instellingen kunnen we deze video hier niet tonen.
Bekijk de video op de oorspronkelijke website of