Universiteit Leiden

nl en

Fenna IJtsma dook in vier eeuwen Leids groen: ‘Leidenaren hebben altijd het groen opgezocht’

Het afgelopen jaar spitte historica Fenna IJtsma zich door ‘vier eeuwen historisch groen’. In het kader van Erfgoed Deal zocht ze, met input van onder anderen biologen van Naturalis, naar inspiratie en voorbeelden uit het verleden om bij te dragen aan een toekomstige klimaatbestendige binnenstad.

Bijzonder aan de Erfgoed Deal is dat de historische stadsinrichting een nadrukkelijke rol speelt bij oplossingen voor de toekomst. IJtsma bracht daarom meer dan vierhonderd jaar aan Leidse beplanting in beeld. ‘Ik heb me gefocust op grote veranderingen, variërend van een sterke bevolkingsgroei tot de wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog’, vertelt ze. ‘Per periode heb ik de belangrijkste ontwikkelingen voor het groen in kaart gebracht en die in verband gebracht met vier verschillende waarden die men aan groen toeschreef: welzijn, economie, esthetiek en gebruik.’

Nut en vermaak

In alle perioden die IJtsma onderzocht, bleken Leidenaren het groen op te zoeken. ‘Dat zie je ook terug in periodes van bevolkingsgroei, als de groenvoorziening onder druk staat’, vertelt ze. ‘De buitenrand van de Singel wordt bijvoorbeeld halverwege de zeventiende eeuw een populaire wandelroute voor de elite. De bomen die daar ooit waren geplant ter verdediging van de stad, werden nu opgezocht ter recreatie en ontspanning.’

Waar groen voor de elite al snel draait om gezondheid en esthetiek, hebben de armere Leidenaren vaker een gebruiksrelatie met groen. IJtsma: ‘Zij hadden bijvoorbeeld bleekvelden nodig om de was te bleken en zo een inkomen te vergaren. Tegelijkertijd zie je dat het stadsbestuur zich bewust was van de economische waarde van groen. Dat investeerde bijvoorbeeld in plantsoenen en de bouw van villa’s met tuinen om de elite binnen de stad te houden, wat dan weer inkomensbelasting opleverde.’

Nadruk op duurzaamheid

Schoonheid en praktische gebruik gaan sowieso vaak hand in hand in de groengeschiedenis. De bomen langs de grachten trokken toeristen vanwege hun unieke esthetiek, maar werden ook gebruikt in de houtindustrie. Volgroeide bomen werden gerooid, waarna een klein boompje werd teruggeplaatst. ‘De biologen met wie ik samenwerkte, sloegen daar erg op aan’, vertelt IJtsma. ‘Al die verschillende groeistadia van de bomen zijn goed voor de biodiversiteit.’

Het brengt haar bij de laatste waarde van groen die ze onderscheidt in haar rapport: de ecologische. ‘Sinds het einde van de twintigste eeuw zijn we steeds meer bezig met de vraag welke leefomgeving de natuur zelf creëert’, zegt ze. ‘We vinden biodiversiteit steeds belangrijker om ons eigen ecosysteem te laten bestaan. Tegenwoordig kijken we bijvoorbeeld ook hoe we met de aanplant van bomen CO2 uit de lucht kunnen halen.’

Onderzoek in de praktijk

IJtsma’s onderzoek ligt nu bij de stedelijke landschapsarchitect, net als een toolbox met meer dan dertig vergroeningsmaatregelen die zijn voortgekomen uit het onderzoek van Naturalis. Samen vormen ze de basis voor de vergroening van de Leidse binnenstad die de komende tien jaar gepland staat.

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.