Videolabs en verhalen over toekomstige conflicten: twee docenten krijgen een Comeniusbeurs
Docenten Marjo de Graauw en Malte Riemann ontvangen allebei een Comenius Teaching Fellowship. Met de financiering van 50.000 euro kunnen ze samen met hun projectteams een vernieuwingsproject realiseren in hun eigen onderwijs aan de Universiteit Leiden.
De Graauw wil het laboratoriumonderwijs vernieuwen en Riemann laat studenten op een creatieve manier nadenken over toekomstige conflicten. De Comenius-onderwijsbeurzen worden jaarlijks uitgereikt aan onderwijsprofessionals in het wo, hbo en mbo om onderwijsinnovatie te bevorderen. De beurzen worden bekostigd door het ministerie van OCW, die hiermee excellent en bevlogen docentschap zichtbaar wil waarderen, en de uitvoering is belegd bij het Nationaal Regie Orgaan Onderwijsonderzoek (NRO).
Stressvrij laboratoriumonderwijs met videolabs
Marjo de Graauw is universitair docent bij de bacheloropleiding Bio-Farmaceutische Wetenschappen. Zij wil het laboratoriumonderwijs vernieuwen.
Laboratoriumonderwijs is essentieel om studenten voor te bereiden op een carrière waarin onderzoek doen centraal staat. Maar voor veel studenten is dit type onderwijs stressvol. Vaak moeten ze in zeer korte tijd leren hoe je experimenten veilig en goed uitvoert en de uitkomsten op de juiste manier analyseert en interpreteert. Studenten zijn, onder meer door tijdsdruk, bang om fouten te maken in het lab, waardoor ze zich daar minder prettig voelen en wat hun leerresultaten negatief beïnvloedt. De Graauw en haar team ontwikkelen videolabs waarmee studenten buiten de laboratoriumzaal om interactief handelingen kunnen zien en uitvoeren.
Als studenten iets verkeerd doen, kunnen zij het experiment na feedback nogmaals uitvoeren en andere keuzes maken. Door gebrek aan tijd, ruimte en middelen is dit in het laboratorium zelf meestal niet mogelijk. De videolabs worden als pre-lab activiteit ingezet in het laboratoriumonderwijs. Door het vooraf verkennen van experimentele handelingen kunnen studenten hun lab-dagen stressvrij(er) ervaren en hun leerresultaat verbeteren.
Angst neemt af
Uit een gebruikerstest met één videolab blijkt dat studenten deze nieuwe vorm van voorbereiding meer waarderen dan bestaande pre-lab activiteiten, zoals lineaire instructievideo’s. De angst om in het lab iets verkeerd te doen, lijkt sterker af te nemen. In dit project wordt uitgebreider onderzocht wat de perceptie van de studenten is op de videolabs en wat de effecten van de videolabs op welbevinden en leerresultaat zijn. De videolabs en onderzoeksresultaten hebben een brede relevantie en worden dan ook beschikbaar gesteld voor andere onderwijsinstellingen die laboratoriumonderwijs verzorgen.
Verhalen over toekomstige conflicten
Foresight and Fiction: Narratives of Future Conflict is een project van Malte Riemann, expert op het gebied van internationale relaties, waarin studenten fictie schrijven over de toekomst van conflicten. Riemann geeft onderwijs bij Security Studies, Crisis and Security Management, en War and Peace Studies.
Studenten krijgen workshops onder leiding van Riemann en een fictieschrijver met ervaring in de tv- en filmproductie. De workshops gaan over verhaalontwikkeling, het opbouwen van een realiteit en de uitdagingen van het schrijven over toekomstige conflicten. Door deze combinatie gaan de lessen verder dan de standaard academische opdrachten.
Riemann helpt de NAVO bij scenarioplanning waardoor hij studenten kan vertellen over de praktische uitdagingen van militaire strategie. Zo bieden de workshops een koppeling tussen creatief denken en toepassingen in de echte wereld.
Kennis overbrengen naar de praktijk
Na de workshops ontwikkelen de studenten hun fictieve verslagen. Het project eindigt met een presentatie van de studenten aan een panel van militaire en overheidsprofessionals. Op deze manier leren studenten ook om complexe ideeën over te brengen op mensen uit de praktijk. Deze ervaringsgerichte aanpak bevordert kritisch denken, aanpassingsvermogen en presentatievaardigheden voor een professioneel publiek.
Het project vergroot volgens Riemann niet alleen de inzetbaarheid van studenten doordat ze een breed scala aan vaardigheden aanleren, maar dient ook als model voor de integratie van creatieve en professionele ontwikkeling in het hoger onderwijs.